Bij die nulmeting bepalen we niet alleen de hoeveelheden, maar vooral ook de milieu-impact van die grondstoffen. Daarbij kijken we onder andere naar aspecten zoals schaarste, klimaatimpact, landgebruik en watervervuiling.
Technische details
Omdat Waternet al jaren haar klimaatvoetafdruk bijhoudt, is van veel grondstofstromen al bekend hoeveel we gebruiken. Dat geldt bijvoorbeeld voor energie en chemicaliën. Maar we weten niet goed welke materialen allemaal vastliggen in onze assets. Om dit in beeld te brengen, doen we nu mee met het STOWA-onderzoek ‘Circulair assetmanagement waterschappen’, dat in juli 2020 is gestart. Maar ook is er nog een slag nodig om de stoffen uit de klimaatvoetafdruk om te rekenen naar hun milieu-impact.
Kosten/duurzaamheid
De nulmeting moet inzicht geven in de top tien van grondstoffen van Waternet met de hoogste milieu-impact. Deze moeten we dan als eerste reduceren om te komen tot een circulaire economie.
Samenwerking
In het STOWA-onderzoek wordt samengewerkt met Witteveen+Bos en Metabolic. De uitkomsten van dit onderzoek en van de milieu-impact van alle grondstoffen delen we met collega-waterschappen en drinkwaterbedrijven, omdat deze aanpak tot nu toe nog niet toegepast is.
Planning
De dataverzameling voor de nulmeting van de assets startte in 2020. In 2022 zijn alle milieu-impacts bepaald. Deze analyse maakt deel uit van het strategisch programma Circulaire Economie van Waternet. De totale milieu-impact zal gemonitord blijven worden om te controleren in hoeverre Waternet richting een circulaire organisatie beweegt.
Meer lezen
https://www.pbl.nl/sites/default/files/downloads/pbl-2019-policy-brief-doelstelling-circulaire-economie-2030-3551.pdf
https://www.stowa.nl/onderwerpen/circulaire-economie/van-kennis-naar-praktijk/circulair-asset-management-waterschappen
Projectupdate juli 2022
Het Stowa-rapport is definitief, zie https://www.stowa.nl/publicaties/circulair-assetmanagement-waterschappen-hoofdrapport
Binnen Waternet zijn de materiaaldata gebruikt in de Circulaire Economie nulmeting, waarbij niet alleen gekeken wordt naar primair materiaalgebruik, maar ook naar de milieu-impact daarvan. Verder wordt de milieu-impact van uitgaande emissies, zoals broeikasgassen en effluent meegenomen. Het blijkt dat de milieu-impact die deze emissies veroorzaken veel groter is dan de milieu-impact van materiaalgebruik. De resultaten van de nulmeting zullen naar verwachting in het najaar gepubliceerd worden.
Projectupdate december 2021
Het conceptrapport van Witteveen en Bos is gepresenteerd. Een van de uitkomsten is dat de milieu-impact van de materialen voor de assets (excl de keringen) in dezelfde orde van grootte ligt als de impact van operationele processen (gerapporteerd in de klimaatmonitor).
Komende tijd gaan we deze gegevens verwerken en daarmee een eindrapport voor Waternet schrijven. Dit rapport geeft dan inzicht in de milieu-impact van alle in- en uitgaande stromen van Waternet en geeft daarmee de mogelijkheid om te prioriteren in het Circulaire Economie programma.
Projectupdate juli 2021
Witteveen en Bos is nu i.h.k.v. het STOWA project aan het rekenen aan alle materiaalgegevens, zowel van Waternet als van andere waterschappen. Dit moet gaan leiden tot een overzicht van het materiaalgebruik in alle waterschapsassets. Deze gegevens kunnen binnen Waternet gebruikt worden voor de nulmeting van de ingaande materialen.
Naast naar ingaande materiaalstromen, wordt in de nulmeting ook naar de uitgaande stromen en emissies gekeken. Denk daarbij aan vaste stoffen als struviet, calciet, waterijzer, slib en bagger. Maar daarnaast ook aan vloeistoffen als effluent en overstorten en aan gassen als methaan en lachgas.
De milieu-impact van (de verwerking) van alle vaste, vloeibare en gasvormige uitgaande stromen wordt berekend met verschillende milieu-impactmethodes. In de voorlopige uitkomst lijken vooral de milieu-impact van broeikasgassen en effluent groot.